idee oktober 2020 Coronacrisis 44 interview Haroon Sheikh Haroon Sheikh is senior wetenschapper bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en columnist van NRC Handelsblad. hoe de coronacrisis de morele hegemonie van de liberale democratie ondermijnt, hoe deze crisis de veranderende rol van internationale organisa- ties blootlegt en hoe Nederland zich slimmer kan bewegen in de post-coronawereld. Interview door Gosse Vuijk
‘De coronapandemie heeft de zwakte van liberale democratie blootgelegd’ In de uitnodiging voor dit interview gingen we er blind vanuit dat de coronacrisis geopolitieke gevolgen zal hebben. Maar is dat ook zo? Welke factoren bepalen of en hoe zo’n crisis de geopolitieke situatie verandert? ‘Er zijn een aantal factoren die bepalen of een crisis geopo- litieke gevolgen heeft, al is het onmogelijk om een generiek model te geven. Een factor die een rol speelt, is de duur van de crisis. Een lange crisis heeft meestal meer geopolitieke impact dan een korte crisis. Een olielek kan bijvoorbeeld een internationale crisis zijn, maar is meestal van korte duur en heeft daarom meestal beperkte geopolitieke gevolgen. Dat komt ook doordat het een relatief lokale crisis is. De coronacrisis is het andere uiterste, want dit is een langlopende crisis die de hele wereld raakt. Een andere factor is of de crisis alle landen ongeveer op dezelfde Haroon Sheikh is een geopolitiek strateeg die buiten de gebaande paden treedt. Dat blijkt wel uit zijn boek Hydropolitiek (2019), een gewaagde ‘De coronapandemie analyse van politieke macht en conflict op zee en de betekenis ervan voor internationale verhou heeft de zwakte van dingen. Ook over de coronacrisis denkt hij oncon- ventioneel en durft hij het al aan om voorspellin- liberale democratie gen te doen over de impact die de crisis zal hebben op de geopolitieke situatie. Idee sprak Sheikh over blootgelegd’ |
Haroon Sheikh · ‘De coronapandemie heeft de zwakte van liberale democratie blootgelegd’ 45 |
Haroon Sheikh · ‘De coronapandemie heeft de zwakte van liberale democratie blootgelegd’ Dit schetst een beeld van geopolitiek als machtsstrijd gedreven door nationaal egoïsme. De pandemie lijkt toch ook duidelijk te maken dat we met z’n allen in hetzelfde schuitje zitten. We zagen, bijvoorbeeld in Eu- ropa, ook internationale solidariteit. Gaat die solidariteit standhouden of blijft nationaal egoïsme overheersen? ‘Het nationale perspectief zal pre- valeren. Er is inderdaad solidariteit, maar die zat vooral in de bestrijding van de gezondheidscrisis. Over een jaar gaat het veel meer over de econo- mie. En als het over de economie gaat, prevaleert het nationale belang. In Europa zag je al een soort Eurocrisis-sfeer ontstaan waarin de lidstaten vanuit nationaal belang tegenover elkaar stonden en dat zal over een jaar nog sterker het geval zijn. Daarnaast zag je dat de crisis vooral gebruikt werd om bestaande agenda’s uit te voeren. Door hun gezamenlijke roep om een Europese reactie op de crisis, voerden Frankrijk en Duitsland hun agenda voor verdere integratie van Europa door. Daarin zie je wel ook meteen dat ook solidariteit een rol zal blijven spelen, want in de Euro- pese Unie is door deze crisis structurele solidariteit tot stand gekomen. Alleen, net als bij de Eurocrisis, was dit solidariteit uit nationale nood- zaak in plaats van diepgevoelde solidariteit tussen de lidstaten.’ Als het nationaal perspectief prevaleert, wat betekent dit voor organi- saties als de Wereldgezondheidsorganisatie, die juist opgericht zijn om samenwerking te stimuleren? ‘Hun rol gaat veranderen en is al aan het veranderen. Organisaties als de WHO vervullen twee rollen. Ten eerste zijn ze op hun gebied het kenniscentrum van de wereld en staan ze dus landen bij in het beslechten van een crisis vanuit hun technische kennis. Ten tweede zijn dat soort organisaties een uiting van de wereldorde die door het Westen werd gedomineerd. Mondiaal werden afspraken gemaakt, maar daarin waren Amerika en Europa dominant. Die do- minantie neemt af en dus zal de politieke steun voor, en daarmee de politieke samenwerking via dit soort instellingen nog verder afnemen. Dat de dominantie van het Westen afneemt, beschreef je ook in je boek De opkomst van het Oosten (Boom, 2016). Afgelopen april zei je in een interview met de Rode Hoed dat een verdere verschuiving van de macht van het Westen naar het Oosten waarschijnlijk het grootste geopolitieke gevolg van de crisis zou zijn. Waar kwam die voorspelling vandaan? ‘Die voorspelling deed ik op basis van twee ontwikkelingen die ik zie. Ten eerste heeft deze crisis denk ik een normatief gevolg. Eerder noemde ik al dat het type regime en beleid van een land de impact van de crisis beïnvloedt. En we hebben de afgelopen maanden gezien dat landen ‘In Europa zag je al een soort Eurocrisis-sfeer ontstaan waar- in de lidstaten vanuit nationaal belang tegen- over elkaar stonden en dat zal over een jaar nog sterker het geval zijn’ |
idee oktober 2020 Coronacrisis 48 ‘Ik verwacht overheid. In Zuid-Korea wordt binnen de democratie veel meer ruimte gelaten voor stevig overheidsingrijpen, terwijl we dit in het meer liberale Europa niet wenselijk vinden. De coronapandemie heeft de zwakte van die liberale houding blootgelegd. Ik verwacht dat dit de dominantie van de liberale democratie als ideaal op het wereldtoneel verzwakt en het Aziatische model met een sterkere overheid in aanzien zal winnen. De soft power zal verschuiven. Ten tweede geldt voor China specifiek dat ik verwacht dat, net als tijdens de vorige crisis, haar economische rol in de wereld groter zal worden. We zien nu al dat China de crisis economisch relatief goed doorkomt. Daarnaast heeft China, doordat het nog in ont- wikkeling is, meer financiële ruimte om nieuwe initiatieven te nemen dan bijvoorbeeld Europa, waar het beleid zich voorlopig richt op be- houden van wat het heeft. Ik verwacht dat China na de coronacrisis een vergelijkbare rol zal spelen als de VS in de wederopbouw na de Tweede Wereldoorlog hebben gespeeld. Het land heeft het investeringsvermogen en de productiekracht om de wereldeconomie weer aan te jagen, maar zal daarvan ook gebruik maken om haar machtspositie uit te bereiden. Tijdens de vorige crisis (de financiële crisis, red.) zagen we dezelfde dyna- miek en heeft China met haar Belt and Road Initiative haar geopolitieke positie aanzienlijk versterkt door investeringen, ook in Europa. Die twee factoren versterken de positie van Azië op het wereldtoneel en daar is ruimte voor omdat het Westen een leegte laat vallen. In een recent rapport van de Munich Security Council werd het idee van Westlessness, Toen Ursula von der Leyen aantrad als voorzitter van de Europese Com- missie, zei ze dat haar Commissie een ‘geopolitieke’ Commissie zou zijn. Dat zou een ommekeer van de ‘Westeloosheid’ kunnen zijn. Heeft Europa dit tijdens de coronacrisis waargemaakt? ‘Nee, de lidstaten van de EU en de Europese Commissie waren – en zijn – vooral naar binnen gekeerd. Onze politiek zorgt ervoor dat we al maanden bezig zijn met onszelf en nog maar weinig naar buiten hebben gekeken. Er zijn echter nog kansen. Europa werkt nog aan haar relatie met Afrika en door de coronacrisis zullen Afrikaanse landen hulp nodig hebben om met name de econo- mische malaise af te wenden. Zowel Europa als China zouden daarbij de helpende hand kunnen zijn. China heeft die rol tijdens de vorige crisis gepakt en zal dat vast nu ook weer proberen. Voor China als autoritair regime is het ook makkelijker om dat soort geopolitiek te bedrijven als haar eigen bevolking ook nog te lijden heeft. Dit betekent echter niet dat het een gelopen race is. Europa heeft veel te winnen bij een goede relatie met Afrikaanse landen en heeft ook een belang bij het voorkomen van een economische crisis in Afrika, niet in de laatste plaats omdat zo’n crisis waarschijnlijk meer migratie op gang brengt. Europa zou er dus |
Haroon Sheikh · ‘De coronapandemie heeft de zwakte van liberale democratie blootgelegd’ 49 goed aan doen om op zoek te gaan naar een manier om Afrika te helpen. Directe steun zou natuurlijk kunnen, maar Europa moet dus slimmer handelen. ‘De productie van medische goederen is een voorbeeld van zo’n asymmetri- sche relatie en de coronacrisis heeft laten zien hoe kwetsbaar dat ons maakt’ |
Foto: Herman Wouters
idee oktober 2020
Coronacrisis 50
‘Als Nederland niet in staat is om zich slim
te positioneren, zullen we het lastig krijgen op het Europese toneel en op het wereldtoneel’
Nederland is onderdeel van Europa, maar voert ook haar eigen buiten- landbeleid. Wat moet Nederland doen om in het post-coronatijdperk grip te houden op haar eigen positie in de wereld? ‘Er zijn volgens mij twee belangrijke lijnen voor Nederland om internationaal sterker te staan
en op beide lijnen missen we de boot, vrees ik. Ten eerste moet Neder- land echt een nieuwe strategie voor haar rol in Europa vinden, want we kunnen niet buiten Europa in onze geopolitiek. Samen met de Britten waren wij de belangrijkste pleitbezorgers voor een decentraal Europa tegenover de Frans-Duitse as die naar meer centralisatie neigt. Door het vertrek van de Britten zijn wij daar meer alleen in komen te staan en worden we het gezicht van de Frugal Four (de ‘zuinige vier’: samen met Oostenrijk, Denemarken en Zweden, red.). Dat ondermijnt onze invloed in Europa. We zitten in een spagaat: bescherming van de rechtsstaat plaatst ons tegenover de Centraal- en Oost-Europese lidstaten, terwijl zij juist bondgenoten zouden kunnen zijn in ons streven naar een decentraal Europa. Wat voor allianties bouwen wij op? Ten tweede moet Nederland op het wereldtoneel meer structurele netwerken bouwen met gelijkge- stemde landen. Ik heb in het verleden wel eens gesuggereerd dat Neder- land een ‘liga van kleine pioniers’ zou moeten opzetten met landen als bijvoorbeeld Singapore, Chili, Mauritius en Zuid-Korea. Het zijn allemaal kleine landen maar met een sterke maritieme handelsgeest en in veel gevallen ook een zeer innovatieve economie. Met die landen zouden we dan structureel geopolitiek kunnen optrekken. Dat zou ook onze positie in Europa versterken. Ik heb hierover wel eens een gesprek gehad bij
het ministerie van Buitenlandse Zaken, maar daar werd al snel duidelijk dat de voorkeur lag bij samenwerking op ad-hoc-basis, als de belangen overeen komen, wat mijns inziens kortzichtig is. In de verschuivende machtsrelaties in het post-coronatijdperk zullen alle landen hun positie weer moeten herijken in het speelveld van nieuwe machtsblokken. Als Nederland dan niet in staat is om zich slim te positioneren, zullen we het lastig krijgen op het Europese toneel en op het wereldtoneel.’ 1